Afgelopen zomer waren we twee weken aan het aflossen op ons voormalige binnenvaartschip. Ik hing gewoontegetrouw de Nederlandse vlag achterin de vlaggenmast. Rood-wit-blauw. Maar nu voelde het opeens als een statement. Alsof ik hiermee een signaal af wilde geven naar alle blauw-wit-rood vlaggen die ik overal zag hangen.
De blauw-wit-rood vlag is een sterk symbool: het drukt het verlangen uit naar een omgekeerde orde. Het laat iets zien van de diepe vertrouwensbreuk die door de samenleving loopt ten opzichte van de overheid. Voor veel mensen heeft de overheid afgedaan. Hebben ze niet gebracht wat ze hadden moeten brengen. De orde moet op zijn kop om alle crises het hoofd te bieden: blauw-wit-rood.
Toen ik de rood-wit-blauw vlag in de mast hing vroeg ik mij af of ik niet vond dat de orde op zijn kop moest. Of blauw-wit-rood niet beter aansloot bij mijn onrust en zorg die bij tijd en wijle ook onder mijn huid kruipt.
Afgelopen zomer las ik het bijbelboek Handelingen en probeerde ik mij voor te stellen hoe de wereld in de periode na de kruisiging en opstanding van de Here Jezus voor de discipelen aan moest voelen. Op zijn minst onveilig. Jeruzalem, de stad waar ze verbleven, was de stad van de slechte herinneringen. Waar ze gezien hadden hoe de Joodse tempel autoriteiten collaboreerde met de Romeinse overheid om hun Rabbi aan een kruis te krijgen. Zowel de politieke als de religieuze orde was door de mand gevallen. Daarnaast had de opgestane Heer in een periode van 40 dagen hen regelmatig onderwezen over het Koninkrijk.
De vraag die de discipelen aan het begin van Handelingen stellen aan hun Heer is volkomen logisch:
"Heer, gaat U dan binnen afzienbare tijd het koningschap herstellen?"
Het is een vraag naar een nieuwe orde, omdat de gevestigde orde niet voldoet. Het is een vraag die voortkomt uit zowel onvrede en onveiligheid als verlangen. Het is misschien wel jouw vraag vandaag. Gebeurt er nog eens wat? Wanneer zien we iets van God in de wereld van vandaag? Komt het goed?
De Here Jezus was meestal niet zo van de directe antwoorden. Hier ook niet:
"Hij antwoordde: ‘Het is niet aan jullie om te weten wat de Vader in zijn macht heeft vastgesteld over de tijd en het ogenblik waarop deze gebeurtenissen zullen plaatsvinden.' " (Hand. 1:7)
En vervolgens komt de opdracht:
"Maar wanneer de heilige Geest over jullie komt, zullen jullie kracht ontvangen om mijn getuigen te zijn in Jeruzalem, in heel Judea en Samaria, tot aan de uiteinden van de aarde." (Hand. 1:8)
Getuige-zijn, dat is de opdracht. Datgene wat ze van de Here Jezus hebben gezien en gehoord, delen met de wereld om hen heen. That's it. Geen revolutie, geen omgekeerde orde maar getuigen. Te beginnen in de stad van de slechte herinneringen.
Deze gedachte hielp mij afgelopen zomer van bezorgdheid naar focus. Ik geloof dat de kerk vandaag namelijk nog steeds in het hoofdstuk leeft van Gods verhaal met de mens dat in Handelingen is begonnen. Daarmee geloof ik dat deze opdracht van de Here Jezus tot op de dag van vandaag het belangrijkste bestaansrecht is van de kerk en daarmee van elke gelovige.
Misschien ben je van mening dat de bestaande orde moet worden omgekeerd. Misschien ben je van mening dat er veranderingen binnen de bestaande orde moeten worden doorgevoerd. Hoe dan ook, je bent als volgeling van de Here Jezus vandaag in de eerste plaats geroepen om Zijn getuige te zijn. Te beginnen in jouw wereld waar misschien genoeg redenen tot zorg zijn.
En de vlag? Die bleef hangen: rood-wit-blauw. Als de tijden in Gods hand zijn, hoef ik ze niet om te keren.